Gemeentelijk water: In dit geval heb je gewoon een watermeter en betaal je naar gebruik net als in Nederland.

Bij een eigen bron zijn er twee mogelijkheden: Bij beide mogelijkheden wordt het water op druk gehouden in een zogenaamde hydrofoor, dit is een vat van 60 tot 200 liter waarin het water in op druk gebracht wordt, zodat er een redelijk konstante waterdruk op de kraan staat. Oude hydroforen zijn van verzinkt ijzer en dienen meestal vervangen te worden. De kosten van het water zijn aleen de stroomkosten voor de pomp, en natuurlijk de onderhoudskosten van het systeem.

Een gegraven bron; er is dan een gat gegraven dat vanzelf volloopt met water. Afhankelijk van de diepte van het gat en de snelheid waarmee het volstroomd is er water beschikbaar, het is dan goed aan de makelaar te vragen voor hoeveel personen het water toereikend is. Is de bron niet diep genoeg of de watertoevoer te afhankelijk van regenwater dan kan het zomers voorkomen dat er te weinig water is.

Een geboorde bron is meestal tientallen meters, tot wel 80 meter, diep en geeft over het algemeen genoeg water onafhankelijk van regen. Er is echter wel een redelijk sterke pomp nodig van ongeveer 1500 watt om de zaak op te pompen. Zo'n pomp gaan meestal ongeveer 10 jaar mee.

Afhankelijk van de plaats kan de smaak van het water uit eigen bron varieren. In Zweden zijn er te kust en te keur filtratiesystemen te koop mocht de smaak van het water niet aan de wensen voldoen.

Het water uit een diepgeboorde bron is meestal ongeveer 8 tot 10 graden, het kan dus aan te raden zijn om bij het hebben van solar of pellets/houtverwarming de wasmachine met een regelventiel te voeden met water van ongeveer 20 graden en de afwasmachine met 50 graden, zodat het verwarming van het water niet met dure elektra hoeft.